|
Auteur |
Bericht |
ammananda
Site Admin
Geregistreerd op: 05 Jun 2009
Berichten: 164
Woonplaats: Amersfoort/NL
|
Geplaatst:
7 Jun 2009 20:11:55 |
|
Gnosis is een Grieks woord uit de oudheid dat staat voor zelfkennis, inzicht en innerlijk weten. De oudst bekende verwijzing naar deze letterlijke betekenis is te vinden op de 3200 jaar oude Tempel van Apollo in de Oud-Griekse plaats Delphi waar boven de poort de mystieke tekst ?Ken U Zelve? in steen staat gegrift. Enkele eeuwen na de bouw van de tempel, in de 5e eeuw voor de christelijke jaartelling vinden we het onder meer terug in de Griekse filosofie?n van Socrates en Plato.
Het begrip gnosis omvat veel meer dan wat wij tegenwoordig als zelfkennis ervaren. Het is geen kennis van het ego maar in essentie een inwendige zelf-ervaring van de mens. De gnosticus kent zijn innerlijke zelf en weet daardoor wie hij werkelijk is. Gnosis beantwoordt de primaire levensvragen ?wie ben ik en waarom ben ik hier?? niet als een geloofsovertuiging van buitenaf maar als een absoluut weten van binnenuit.
De gnostici in de oudheid waren mannen en vrouwen die zochten naar het antwoord op deze levensvragen. Ze zochten het niet in dogmatische religie, in uiterlijke (natuur)wetenschap of in materi?le zaken want ze veronderstelden dat de mens het bestaan alleen kan begrijpen door zichzelf op het hoogst innerlijke niveau te kennen. Het bereiken van ?de gnosis? gaf het antwoord op alle mogelijke vragen. Het gaf innerlijke kennis over ?het al? binnen een oogwenk, een feitelijk niet te beschrijven geestelijke helderheid.
IsisGnosis heeft oorspronkelijk in talrijke filosofische en religieuze stromingen een prominente rol gespeeld en vele duizenden mythologische, filosofische en religieuze verhalen (allegorische vertellingen) zijn geschreven om het bereiken van de gnosis te verwoorden en om de opgedane innerlijke kennis aan andere mensen over te brengen. Er zijn levens- beschouwingen en religies uit ontstaan maar slechts weinig beschouwingen die we vandaag kennen bevatten nog kenmerken die we zuiver gnostisch kunnen noemen. Niet alle overgeleverde verhalen maken letterlijk melding van het begrip, in religies bijvoorbeeld wordt het vaak verwoord als ?verlichting? of ?verlossing? waarbij opgemerkt dient te worden dat de gnostici meenden dat de mens alleen zichzelf kan verlichten of verlossen.
De oorspronkelijke gnostici in de oudheid waren spiritueel en esoterisch gericht maar zeker niet traditioneel religieus. Ze verwierpen het dogmatische godsbeeld van de externe wraakzuchtige god dat in die tijd alleen nog vertegenwoordigd werd door het jodendom. Ze stelden juist dat de mens zelf het centrale punt in haar bestaan is. Gnosis is in dat opzicht de absolute tegenhanger van het geloof, het prevaleert namelijk het innerlijk weten, een intu?tief weten dat je als mens je eigen werkelijkheid schept in plaats van het kritiekloos geloof in een almachtige goddelijke entiteit die het leven voor iedereen bepaalt en over iedereen oordeelt. De gnostici maakten zodoende geen gebruik van kant en klare levensovertuigingen om hun levensvragen te beantwoorden maar ze zochten de waarheid vanuit de eigen innerlijke beleving.
Door de jaren heen zijn mensen die deze levenshouding aanhingen vervolgd door de heersende elite vanwege de gnostische boodschap dat de mens zijn of haar eigen ?meester? is, en dus eigenlijk zelf een god is. Met name de rooms katholieke kerk heeft sinds haar oprichting in de derde eeuw het gnostische gedachtegoed letterlijk te vuur en te zwaard bestreden totdat de laatste persoon met gnostische idee?n in de 13e eeuw op de brandstapel overleed. Minerve 1210Gedurende de middeleeuwen zijn er enkele gnostische stromingen binnen het christendom geweest - aangeduid als gnostiek - zoals de Katharen, maar al hun geschriften en kennis werden door de kerkvaders systematisch gedemoniseerd en tijdens de inquisitie vernietigd.
?De dwaalleer van de Katharen groeide zo snel, dat het in korte tijd wel duizend steden infecteerde. Ik ben ervan overtuigd dat het heel Europa besmet had, als het niet door de zwaarden van de gelovigen onderworpen was.?
Duits christelijke monnik Caesarius van Heisterbach (ca. 1180-1240), Dialogus Miracolorum
Tot de vorige eeuw was er weinig bekend van de gnostici die aan de wieg stonden van de vele filosofische stromingen en de daaruit voortkomende vroege-christendom. Historici en theologen waren aangewezen op propagandistische teksten die door rooms katholieke kerkvaders tijdens de vroege middeleeuwen waren geschreven als aanval op de gnostici persoonlijk of als kritiek op de gnostische leer of tradities. Met name het gnostische gebruik dat elk mens gelijkwaardig was en tijdens bijeenkomsten recht op spreken had, dus inclusief vrouwen, was hen een doorn in het oog. Omdat de kerk zeer succesvol was in het verbannen en vernietigen van de gnostische geschriften en we deze geschriften later alleen kenden door de kritische teksten van de kerkvaders bestond er lange tijd het eenzijdig negatieve beeld dat de gnostici duivelse ketters waren en er gruwelijke rituelen op na hielden. Maar dit beeld was slechts geschapen om de vervolging van deze geweldloze mensen te legitimeren. De werkelijke reden voor de bloederige vervolgingen was dat het gnostische idee dat elk mens zichzelf kan ?verlichten? een bedreiging vormde voor het geloof in de monothe?stische God en daarmee dus ook het gezag, de macht en de financi?le rijkdom van de kerk ondermijnde.
De Nag Hammadi geschriften...
In december 1945 vond een boer in de Egyptische streek Nag Hammadi een grote kruik met een verzameling oude papyri, geschriften die waarschijnlijk in de eerste of tweede eeuw van onze jaartelling zijn begraven door naar men vermoed vroeg-christelijke monniken. Deze boeken worden door wetenschappers aangeduid als gnostische geschriften omdat ze onder meer werken van Plato en religieuze evangeli?n bevatten die een heel ander (logischer) beeld van Jezus Christus schetsen dan we vandaag de dag kennen. Deze geschriften hebben na de opgraving eerst ruim 30 jaar rondgezworven en zijn uiteindelijk na veel tegenwerking uit christelijke hoek terecht gekomen bij onafhankelijke historici en pas recentelijk vertaald en integraal uitgebracht voor het grote publiek. De Nederlandse hoogleraar Gilles Quispel en de historici J. Slavenburg en W.G. Glaudemans hebben hierbij een zeer belangrijke bijdrage geleverd. Maar ook Jung toonde vergaande interesse in de gnostische geschriften.
?Een mensenleven lang heb ik gezocht naar het inzicht en de kennis die door de gnostici duizenden jaren geleden al werd beschreven.?
Carl Gustav Jung
De Nag Hammadi geschriften zijn, in tegenstelling tot de Bijbelse geschriften, 17 eeuwen onaangetast gebleven en werpen een verfrissende kijk op het gedachtegoed van de gnostici en het ontstaan van het christendom. Ze zijn onder andere een vruchtbare creatieve bodem gebleken voor diverse hedendaagse fantasierijke bestsellers en films, waaronder ?In de Ban van de Ring?, ?De Ontdekking van de Hemel?, ?De DaVinci Code?, ?The Matrix? en zelfs ?Harry Potter?. Al deze boeken en films bevatten min of meer kenmerken van de gnostische levensvisie. De zoekende mens, de zelfscheppende mens, de machtige mens en de innerlijke strijd tussen goed en kwaad. Opvallend hierbij is dat zelfs tot de dag van vandaag de katholieke kerk haar gelovigen voor deze boeken en films waarschuwt.
Het gnosticisme heeft vele stromingen en gedaanten gekend, van Egyptische mythologie en Oud-Griekse filosofie tot stromingen binnen het christendom, boeddhisme, de vrijmetselaars en het hedendaagse humanisme om er een paar te benoemen. Het is eigenlijk een verzamelnaam voor alles wat in de basis gnostische kenmerken heeft hoewel men in geval van gnosticisme binnen het christendom meestal spreekt over de gnostiek waarbij gnosis en het geloof in zekere mate samenkomen. In haar meest pure vorm is ?de gnosis? niet religieus of filosofisch, het is bovenal een persoonlijk spiritueel bewust-zijn zonder dat daar uiterlijke kenmerken of fysieke waarden aan gehangen worden. Het bevrijdt de mens uit het stramien van de aardse overtuigingen en haar illusies, en geeft een glimp van een allesomvattende tijdloze realiteit waaruit de aardse werkelijkheid ontspringt.
Duizenden jaren zijn er mensen geweest die als sprekers, verhalen-vertellers, kunstenaars of schrijvers onder het volk optraden om hun innerlijke stem te laten horen. Bijvoorbeeld over ethiek, zingeving, goed en kwaad, de menselijke psyche en het ontstaan of verklaren van aardse gebeurtenissen. Soms met gevaar voor eigen leven hebben deze sprekers keer op keer gezorgd voor verandering en vernieuwing in onze wereld door de massa te laten zien dat er andere wegen zijn dan de heersende doctrine en dat de mens in essentie een vrij wezen is en zichzelf ook als zodanig moet profileren om werkelijk vrij te kunnen zijn.
De oorspronkelijke gnostici in de oudheid geloofden niets, behalve in hun eigen capaciteit om te werkelijkheid te kunnen begrijpen. Ze onderzochten in het diepst van hun eigen wezen naar antwoorden en ze leerden met andere ogen naar de fysieke realiteit te kijken. De ultieme boodschap die ze daaruit voort brachten was met recht een blijde boodschap, namelijk de bevinding dat ieder mens zijn of haar eigen werkelijkheid schept en dat het fysieke bestaan slechts een schaduw is van een grotere innerlijke werkelijkheid die in essentie eeuwig bestaat en altijd in beweging is.
De boodschap dat ieder mens Koning is viel niet altijd in goede aarde, zeker niet bij de ?werkelijke? Koning, Keizer of Kerkvader die wilde heersen over een klein stukje van de schaduw, de fysieke werkelijkheid. Ook in de huidige tijd, met al haar technische hulpmiddelen en afleidingen heeft de mens honger naar zingeving of innerlijke kennis. Gnosis is van alle tijden omdat het de mens in haar diepste wezen beschrijft. Filosofische, religieuze en wetenschappelijke denkbeelden komen en gaan, maar de mens is altijd het centrum van de ervaring. Dit maakt de reis door het menselijk bewustzijn geen modieus verschijnsel maar een absolute noodzaak dat wellicht de reden van het menselijk bestaan omvat.
Baby oogjes
Het enige constante gegeven in je eigen leven is je bewustzijn, en dit zou reden genoeg moeten zijn om te streven naar zelfkennis en innerlijk besef. Bestaat er een groter mysterie dan je eigen wezen? Wie ben je werkelijk? De gnostici zeiden:
?Sta op en herinner jezelf!?
... |
_________________ Love is all
Laatst aangepast door ammananda op 7 Jun 2009 21:05:59; in totaal 1 keer bewerkt |
|
|
|
|
Geplaatst:
7 Jun 2009 20:11:55 |
|
|
|
|
inanna
Gouden Roos
Geregistreerd op: 09 Jun 2009
Berichten: 767
Woonplaats: sneek
|
Geplaatst:
10 Jun 2009 10:30:07 |
|
De Nag Hammadi geschriften
Nag Hammadi geschriftGeen vondst heeft in de recente geschiedenis zoveel ophef binnen de christelijke gelederen veroorzaakt als de ontdekking van vroeg-christelijke geschriften nabij de Egyptische plaats Nag Hammadi in 1945. Het duurde ruim 30 jaar voordat onafhankelijke wetenschappers voor het eerst de hand konden leggen op de geschriften die, naar nu blijkt, op veel punten een heel ander beeld schetsen over het ontstaan en de betekenis van het christendom dan wat tot dusver bekend was. Gevestigde christelijke instituten, zoals de katholieke kerk, verenigde evangelisten en protestante theologen, haasten zich om bij voorbaat te melden dat deze geschriften niet gezaghebbend zijn. Wat is er zo schokkend aan deze ontdekking? Wie waren de eerste christenen? Wat mogen we niet weten over het ontstaan van het christendom?
Verboden kennis
De Nag Hammadi-geschriften zijn een verzameling van 13 handgeschreven papyri met in totaal 52 verschillende titels, die tijdens een toevallige ontdekking in december 1945 zijn opgegraven door een Egyptische boer die op zoek was naar vruchtbare grond. Ze zijn waarschijnlijk ergens in de vierde eeuw verborgen door gnostische christenen, tijdens de periode dat bisschop Athanasius van Alexandri? in 367 met zijn paasbrief wereldwijd opriep tot de vernietiging van alle geschriften die niet tot de canon van het Nieuwe Testament werden gerekend. In deze paasbrief werd voor het eerst een dwingende lijst van geschriften gepresenteerd die door de rooms katholieke kerk als gezaghebbend werd beschouwd en dus de katholieke (=algemene) basis moest zijn van de christelijke geloofsleer. In feite kreeg hiermee het Nieuwe Testament haar definitieve vorm, al zijn er sinds die tijd vele aanpassingen gedaan en verminkingen ontstaan doordat eeuwen lang de bijbels letterlijk met een veertje op gedroogde dierenhuiden door de kerkelijke kopiisten werden overgeschreven, vertaald en ?verbeterd?.
De bij Nag Hammadi gevonden teksten waren sindsdien apocriefe geschriften, niet langer erkend door de zichzelf stabiliserende rooms katholieke kerk. Ze werden echter niet volgens opdracht vernietigd, maar begraven om 1700 jaar later weer gevonden te worden. De meeste teksten van de Nag Hammadi-geschriften stonden onder redactie van gnostici, maar er zijn ook enkele hermetische geschriften en een fragment uit De Republiek van de Griekse filosoof Plato. De geschriften zijn te verdelen in:
1. Geschriften over Jezus Christus (23)
2. Geschriften over Hermes Trismegistus (3)
3. Scheppingsmythen (6)
4. Openbaringen (7)
5. Verlossingsteksten (10)
Het Evangelie van Maria Magdalena en het Evangelie van Thomas zijn bij het grote publiek de meest bekende en bediscussieerde geschriften omdat ze op indringende wijze een significant ander beeld schetsen over het vroege-christendom dan het beeld dat de wereld sinds de vierde eeuw namens de kerk voorgeschoteld krijgt. Met name de rol van Maria Magdalena en de christelijke visie over vrouwen in die tijd is opzienbarend omdat het huidige christendom vrouwen duidelijk op de achtergrond stelt, daar waar de vroeg-christelijke geschriften juist spreken van een absolute gelijkwaardigheid tussen mannen en vrouwen. De bekendheid van deze evangeli?n is mede te danken aan het succes van het boek en de film De DaVinci Code waarin op fantasievolle wijze enkele gnostische kenmerken worden uitgelicht.
Deze geschriften zijn met name interessant omdat de meeste onafhankelijke wetenschappers deze dateren in het begin van de eerste eeuw, zo rond het jaar 50. Hierdoor zijn ze de oudst bekende apocriefe geschriften van het christendom, ouder dan de vier bijbelse evangeli?n in het Nieuwe Testament en ouder dan de brieven van Paulus. Bovendien zijn ze bijna 1700 jaar onaangetast gebleven, iets wat van de geschriften in de bijbel niet beweerd kan worden. Je hoeft geen geleerde te zijn om te beseffen dat de vondst bij Nag Hammadi van onschatbare waarde is voor wetenschappers en historici, en niet in de laatste plaats voor de gelovigen zelf.
De oudste woorden van Jezus Christus?
Het Evangelie van Thomas dankt zijn grote bekendheid aan de opsomming van 114 unieke logia, uitspraken die Jezus aan zijn toehoorders gedaan zou hebben. Stuk voor stuk uitspraken die getuigen van een opmerkelijke geestelijke helderheid en kennis over de menselijke psyche. Uitspraken die als primair doel hadden om zijn volgelingen ervan te overtuigen dat het geheim van het bestaan in henzelf is gesloten, en dat ze hier zelf de ogen voor moesten openen om het te kunnen zien. Een visie die als een rode draad door de gnostisch-christelijke teksten loopt en perfect aansluit bij de gnostische gedachte dat de mens alleen zichzelf kan verlossen uit de onwetendheid.
Opmerkelijk aan deze teksten is dat ze overtuigend de historische bron blijken te zijn van diverse uitspraken van Jezus zoals ze in het Nieuwe Testament zijn opgeschreven. Waar bij sommige teksten in de bijbel duidelijk herkenbaar is dat er slechts een deel van de volledige uitspraak uit het Evangelie van Thomas is gebruikt, blijkt op veel andere plaatsen dat er juist delen zijn bijgeschreven die overbodig lijken of de essentie van de oorspronkelijke tekst verbloemen of verdraaien. Slechts ??n voorbeeld van een opmerkelijk verschil tussen het Evangelie van Thomas en het Nieuwe Testament is de reactie van Jezus op de vraag van zijn leerlingen of ze belasting aan de keizer moeten betalen. In een hedendaagse bijbel lezen we:
?Meester, we weten dat u een waarheidlievend man bent en naar waarheid onderricht geeft over de weg van God en u door niemand laat be?nvloeden, want u ziet geen mens naar de ogen. Zeg ons dan wat u hiervan vindt: Mag men belasting betalen aan de keizer of niet?? Maar Jezus die hun kwalijke opzet doorzag, zei: ?Waarom stelt u mij op de proef huichelaars? Laat mij eens een belastingmunt zien?. Zei gaven hem een denarie. Hij zei hun: ?Van wie is de afbeelding en het opschrift?? Ze zeiden hem: ?Van de keizer?. Daarop zei hij tegen hen: ?Geef dan aan de keizer wat van de keizer is en aan God wat van God is.?
Matte?s 22:16-22
In het Evangelie van Thomas lezen we echter de volgende tekst:
Zij toonden Jezus een goudstuk en zeiden tegen hem: ?Caesar ?s mannen eisen belasting van ons?. Hij zei tegen hen: ?Geef aan Caesar wat van Caesar is, geef God wat van God is en geef mij wat het mijne is.?
Evangelie van Thomas, logion 100
Dit voorbeeld is behandeld door de historicus Jacob Slavenburg in zijn boek Valsheid in Geschrifte, de verborgen agenda van bijbelschrijvers. Pagina 74 e.v. Het eerste wat opvalt is dat de tekst beduidend korter en kernachtiger is dan de bovenstaande tekst uit de bijbel, en hierdoor zonder omwegen de essentie van Jezus? antwoord weergeeft. Een andere opvallend verschil is de zin ?en geef mij wat het mijne is? die ontbreekt in de bijbelse versie. De bijbelschrijvers moeten gedacht hebben dat het niet klopte, want was Jezus immers niet zelf God? Er stond dus iets dubbel in en dat moest wel fout zijn.
De verklaring is dat in het gnostische-christendom Jezus niet gelijk staat aan God, maar in het allegorisch verhaal symbool staat voor elk mens die Christus (bewust, verlicht) kan worden, waarbij ?God? de overtreffende trap vertegenwoordigd naar het ?grotere? innerlijke zelf. In het katholieke christendom is Jezus echter gepersonifieerd en ontdaan van elke allegorische betekenis, en gelijk gesteld aan de eveneens gepersonifieerde God. Jezus Christus werd hierdoor tot een historisch persoon verklaard. Dit was een weloverwogen en goed gedocumenteerde beslissing binnen de rooms katholieke kerk, bekrachtigd op hetzelfde moment dat ze het geloof in de drie-eenheid bepaalden en de canon van het Nieuwe Testament middels de befaamde paasbrief van bisschop Athanasius opstelden.
Als we bovenstaand voorbeeld door een allegorische bril bekijken dan staat Caesar in dit geval voor het menselijke aspect hebzucht, en zegt Jezus, die hier symbool staat voor de innerlijke stem van elk mens, in zoveel woorden dat iedereen krijgt wat hem toekomt. Een variant op ?wat men zaait zal men oogsten?. Zeer sterk in dit verhaal is het beeld dat de rijkdom van ?Caesar? eigenlijk een illusie is want hij vult niets toe aan zijn rijkdom maar krijgt iets terug wat hij eerder zelf in omloop bracht, en dus al had. Caesar ?s voordeel is echter dat hij het volk afhankelijk maakt en zijn macht verstrekt, wat vanuit Jezus? oogpunt eveneens een goede reden is om het goudstuk terug te geven. Voor Jezus is het een manier om te zeggen dat zijn leerlingen de illusie van de aardse rijkdommen en overtuigingen moeten loslaten omdat het hen blind maakt voor de innerlijke werkelijkheid waar ?God? voor staat. Je kan het goudstuk niet meenemen met je reis naar binnen. Evenmin kan je je aardse overtuigingen mee nemen naar een hoger besef van je innerlijke wezen, omdat ze juist het bereiken van dit besef in de weg staan. Geef daarom terug aan de aarde wat van de aarde is, geef je innerlijke zelf de aandacht die het verdient, en je zal krijgen wat al van jou is maar wat je nog niet ziet, je zal je ware aard vinden.
In de bijbelse versie is echter de boodschap van een heel andere aard. Ten eerste wordt Jezus als bewonderenswaardig persoon neergezet die de weg naar de waarheid en naar God is, waarmee vooral de rooms-kerkelijke doctrine bevestigd lijkt. Vervolgens wordt de allegorische betekenis wederom losgelaten en kijkt Jezus werkelijk naar de afbeelding en de tekst op de belastingmunt, waarmee hij met zijn vraag van wie de afbeelding is in feite de grootheid van de keizer bevestigd. De gnostische versie spreekt over menselijke eigenschappen die iedereen bezit en die de weg naar een groter besef in de weg kan staan, de bijbelse versie spreekt over de grootheid en waarheid van de persoon Jezus en over de vanzelfsprekendheid van het betalen van belasting aan de heerser.
Oorsprong van de Wereld
Een ander opzienbarend geschrift is de Oorsprong van de Wereld dat een scheppingsmythe bevat die geschreven is als reactie op het joodse scheppingsverhaal dat we nu kennen als Genesis in het Oude Testament. In plaats van het scheppingsverhaal van Genesis te onderstrepen schetst dit geschrift juist een kritisch beeld waarbij men stelt dat het Genesis verhaal geen begin is maar een vervolg op een andere gebeurtenis. In het geschrift wordt namelijk vertelt dat de duisternis (de chaos periode waar Genesis mee begint) is ontstaan uit de schaduw, en dat de schaduw uiteraard zijn bestaan dankt aan de aanwezigheid van het licht. Het verteld over een schepping die niet aan de tijd is gebonden maar continue in beweging is en op elk moment plaatsvindt, en dus in feite als een emanatie over de wereld uitvloeit waardoor het geen begin of einde kent. Volgens de gnostische leer is de schepping van de schaduw een daad van een lagere schepper die onwetend is en denkt dat er geen andere God is dan hij zelf, er geen andere werkelijkheid is dan hij waarneemt. Deze ?lagere? schepper is de mens die onbewust zijn eigen werkelijkheid schept en de illusie van zijn schepping voor waar aanziet.
Het beschrevene in het oudtestamentische bijbelboek Genesis is een vervolgakte, niet een begin.
Bron: Nag Hammadi geschriften, inleiding Oorsprong van de Wereld door J. Slavenburg.
Deze lezing is in lijn met de bevinding van historici dat de eerste christenen zijn voortgekomen uit het jodendom en zich als protestgroep manifesteerde door de joodse geloofsleer te bekritiseren. Volgens de overlevering was Jezus Christus immers wegens godslastering door de joden ter dood gebracht, lastering van de joodse god welteverstaan. Opvallend verschil met het bijbelse Genesis, is dat in de gnostische versie het plukken van de vrucht van de Boom van het Inzicht in Goed en Kwaad juist wordt gezien als een goede daad in plaats van een slechte, zondige daad. Deze vertelling komt overeen met de gnostische gedachte dat het streven naar (zelf)kennis een deugd is, en het leven in onwetendheid juist een zonde is.
Het christendom herzien?
Ondanks de initi?le schokgolf die de vondst van de gnostische geschriften bij Nag Hammadi binnen het christendom teweeg bracht, heeft het opvallend weinig invloed gehad op de geloofsverkondiging van de christelijke kerken en haar gelovigen. De schokgolf is voornamelijk gevoeld door bijbel-wetenschappers, historici en theologen die daarmee een nieuwe inspiratiebron aanboren om een stroom van boeken en manifesten te produceren waarin de hervonden gnosis beschreven wordt. Dat de gemiddelde gelovige geen kennis heeft van de gnostische oorsprong van het christendom is geheel op het conto te schrijven van de gevestigde christelijke instituten en kerken die blijkbaar nog steeds macht hebben over wat haar gelovigen aan kennis mogen of kunnen vergaren.
Bijbelse uitspraken van Jezus die meer vragen dan antwoorden oproepen worden door het lezen van de Nag Hammadi geschriften vaak helder, waardoor de oorspronkelijke betekenis inzichtelijk wordt. Veel christelijke lezers hebben aangegeven dat het lezen van deze geschriften hun geloof naar een hoger spiritueel niveau bracht, waarbij delen van het geloof zijn verheven door een besef en een overtuigend weten in plaats van het geloof in een dogma. Voor anderen, met name kerkgebonden christenen zijn de Nag Hammadi teksten een te grote stap gebleken omdat ze deze als een aanval ervaren op hun persoonlijk geloof en de ?waarheid? van de kerk. Dit verklaard waarom er enerzijds onder zelfstandige christenen een enorm enthousiasme en euforie heerst over de teksten, en anderzijds deze in de meest felle bewoordingen vanuit christelijke instituten worden bestreden.
Het herstel van de oude - zeer humane - waarden binnen het christendom moet echter niet afhangen van een initiatief van het instituut dat deze waarden in het verleden met woord en zwaard heeft bestreden. Het zijn de gelovigen zelf die de eerste stap moeten zetten in het onderzoek naar de bron van hetgeen ze geloven. Het is te hopen dat zij zich uiteindelijk los kunnen maken van de doctrine die beschrijft dat het streven naar (zelf)kennis een zondige daad is, en beginnen met de spirituele reis die de bekendste spreker uit onze Westerse geschiedenis ons voorspiegelde.
Thomas Emana - februari 2008
Bronnen:
De Nag Hammadi Geschriften, Jacob Slavenburg & Willem Claudemans, derde druk 2005.
Valsheid in Geschriften, Jacob Slavenburg, eerste druk 2005.
Jezus en de verloren Godin, Timothy Freke & Peter Gandy, ned.vert. eerste druk 2007. |
|
|
|
|
ammananda
Site Admin
Geregistreerd op: 05 Jun 2009
Berichten: 164
Woonplaats: Amersfoort/NL
|
Geplaatst:
10 Jun 2009 17:10:05 |
|
inanna schreef: |
De Nag Hammadi geschriften
En zegt Jezus, die hier symbool staat voor de innerlijke stem van elk mens, in zoveel woorden dat iedereen krijgt wat hem toekomt. . |
De innerlijke stem spreekt hier, maar niet alleen hier. In het gehele nieuwe testament, spreekt vanuit en door de lichtmens. In dit geval jezus, een mens zichtbaar voor anderen en een x aantal jaren in aardse zin aanwezig in een driedimensionale wereld.
Doch deze mens staat en leeft vanuit de heelheid, is het licht en de bron zelf. Wat ik wil zeggen, en dat is voor mij al heel lang zo, het gehele nieuwe testament is beeldspraak, want er is maar een werkelijkheid en die wordt op dat moment door jezus ervaren. Doch de mensen om hem heen ervaren deze werkelijkheid niet, daar zij zich bevinden in hun eigen gedachte voorstelling van de schepping.
Gij zijt ziende blind en horende doof is geen belediging, maar een geschenk. Een aanwijzing zoals ook buddha deed, de advaitisten doen. Zolang je de totaalheid en eenheid niet ervaart leef je misschien wel, doch in een illusie, in een droom zo spreken de hindoes
De werkelijkheid ontgaat je, je ziet een mens voor je zoals jou. Doch leeft deze mens in een grotere werkelijkheid, en dat verklaart misschien wel waarom deze mens liet gebeuren wat er gebeurde. Hij werd immers niet gedood, want hoe zal iemand het bewustzijn kunnen doden. Deze mens verdween uit de illusie die wij als de werkelijkheid ervaren. Het schitterende van beeldspraak is dat je in ieder woord gelijk de andere uitspraken herkent, want zij zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden.
Beeldspraak, de brug tussen de werkelijkheid en de illusie. Als je op de brug staat lijkt het een tegenstelling, maar dat is geboorte en dood ook. Als de brug instort ben je thuis, waar dat ook moge zijn, hier op dit moment.
Het is mooi zoals ze wel eens zeggen, je gaat een pad, de brug over, je gaat naar de andere zijde.
Volgens mij ga je nergens heen, want je bent immers al thuis. Geboren worden is lijden zoals buddha sprak, reincarneren is terugkeren. Sterven verdwijnen.
Zijn is leven, even hier, even daar, maar altijd verbonden met het zelf. Het zelf wat zovele namen heeft, het leven vind ik wel de mooiste van allemaal.
Eenvoudig, divers in zijn creatie, maar een, licht...
ammananda |
_________________ Love is all |
|
|
|
inanna
Gouden Roos
Geregistreerd op: 09 Jun 2009
Berichten: 767
Woonplaats: sneek
|
Geplaatst:
10 Jun 2009 17:32:32 |
|
Eenvoudig, divers in zijn creatie, maar een, licht...
|
|
|
|
|
inanna
Gouden Roos
Geregistreerd op: 09 Jun 2009
Berichten: 767
Woonplaats: sneek
|
Geplaatst:
11 Jun 2009 11:10:23 |
|
Wie zich geborgen voelt binnen een bepaalde godsdienst heeft eigenlijk weinig te klagen.
Je weet min of meer precies wie wie is, je kent je regels, je plichten en je normen en zolang je je daar goed aan houdt hoef je verder niet te piekeren.
Anders wordt het wanneer je diep in je ziel een soort 'roep' ervaart dat er wellicht m??r is dan wat je godsdienstige voorgangers je elke dag voorkauwen. Misschien voel je een opstand in jezelf, of een verlangen naar 'vrij' te zijn, of een prikkelende nieuwsgierigheid naar een andere geestelijke visie op mens en wereld..
Een actieve voorganger die dit hoort zal jou natuurlijk zo gauw mogelijk weer op de 'juiste' gedachten proberen te krijgen. Voorgangers, zoals dominees, priesters, imams, pandits, rabbi's, pastors en al wat dies meer zij, zijn er niet om te onderzoeken maar om vast te houden en uit te dragen wat zij geleerd hebben.
Je hebt ook de zogenaamde 'spirituele zoekers' die zich menen losgemaakt te hebben uit een versteend instituut en zich als 'vrij' wanen. Maar vaak zijn ze erger dan de reeds genoemde voorgangers. Opeens houden zij halsstarrig allerlei overtuigingen vast zoals re?ncarnatie, karma, het nut van meditatie en ga zo maar door. Ze hebben het ene dogma ingeruild voor het andere dogma en denken nu dat ze 'vrij' zijn, maar er is in wezen niets veranderd.
En zo gaat de mens maar voort in zijn draf.
Onderzoekend, ruilend, wanend, experimenterend en speculerend.
Gnosis vraag ??k onderzoek. Gnosis vraagt ook studie en ori?ntatie.
Maar vooral en in de eerste plaats van en op jezelf.
Onze gnostieke leraren houden ons daarom vaak een spiegel voor.
'Stel jezelf op de proef, of je wel in het geloof bent, onderzoek jezelf!' zegt de apostel Paulus in een zijner brieven (II Kor. 13:5).
De apostel Paulus wordt in de regel beschouwd als een belangrijke gnostieke leraar. Echter, door vertalingen, verricht door onwetende vertalers, door gedateerd taalgebruik en diverse aanvullingen wordt de gnostieke boodschap van Paulus niet meer goed begrepen.
Jacob Boehme, Gottfried de Purucker, en nog vele anderen zijn te noemen die het geestelijke pad trachtten open te leggen.
Oproep om tot het ware 'priesterschap' en 'koningschap' te komen. Mensen die zich 'volgeling' wanen van iets of iemand mogen rekenen op zijn pittige kritiek. Volgelingen denken niet meer zelfstandig en zijn het priester- noch het koningschap waardig.
Begrijp wel dat de begrippen 'priester' en 'koning' slaan op je eigen bewustzijnsstaat. Op je bewustzijn die zichzelf naar de rijkdom van de Gnosis wendt.
In deze tijd van crises en onrust, van gejaagdheid en strijd, zoekt de mens zijn stilte.
Maar na de stilte vormt zich wederom de onrust; want stilte verschaft niet altijd inzicht. Daarom is stilte wel uitermate belangrijk, maar inzicht niet minder. Het verhaal gaat dat de Boeddha veertig dagen lang onder een boom zat te mediteren vanwege zijn levensvraag over het hoe en waarom van het menselijk lijden.
Die meditatie gaf hem geen antwoord. Of eigenlijk toch wel: maar dan in de zin dat niet het stilzitten de weg vormt, maar het leven zelf, het erop uit gaan! Dus stond hij op en ging zijn weg, uitleggend dat alleen de zuiverste waakzaamheid geboden is, zoals hij dat uitdrukt in zijn Dhammapada I:11:
'Zij die het niet-werkelijke aanzien voor het werkelijke
en het werkelijke voor het niet-werkelijke
en zo het slachtoffer worden van onjuiste denkbeelden
bereiken nooit het wezen der waarheid'.
De Gnostieke Wijsbegeerte vormde zich in alle eeuwen haar voertuigen om het werkelijke te laten zien; liefde voor de waarheid vormde de basis van alles. Liefde met 'geheel uw ziel, geheel uw hart en geheel uw kracht' |
|
|
|
|
gjalt
Gouden Roos
Geregistreerd op: 20 Jun 2009
Berichten: 307
Woonplaats: Baambrugge
|
Geplaatst:
22 Jun 2009 09:26:24 |
|
Wonderbaarlijk!
In wezen gaat deze topic over dezelfde vraag die mij bezighoudt in mijn topic "kennistheorie".
Kennis betreffende het innerlijk, de geest moet al heel lang bestaan, getuige de oude geschriften: veda's (advaita), bhagavad gita, enz. en wordt vanaf pakweg zo'n 2000 jaren in het gnostiscisme gezocht.
In onze tijd heerst het bewustzijn van een materi�le werkelijkheid en het geestbesef lijkt daardoor verdrongen te zijn.
Maar juist die stoffelijke wereld om ons heen verschaft ons ons zelfbewustzijn, ons ik-gevoel.
Maar dit zelfbewustzijn is niet datgene waar het in de gnosis om gaat.
Toch is dit de nauwe poort die noodzakelijk is om het Koninkrijk Gods binnen te gaan.
Zouden we naar ons zelf zoeken zoals weleer dan zouden we wereldvreemd worden.
Ja, zal de een of andere esotericus tegenwerpen, we zijn toch wel in maar niet van de wereld?
Maar dat is het hem nu juist, het in de wereld zijn is nu juist precies het tegenovergestelde van wereldvreemdheid.
Overigens is het een goede zaak om op de hoogte te zijn van hoe in het verleden mensen bezig zijn geweest in hun zoektocht naar hun ware zelf, juist ook om de situatie in onze tijd beter te leren begrijpen.
De vraag blijft of we daar in onze tijd mee uit de voeten kunnen.
Het is namelijk zo dat ik soms meen te merken aan diegenen die het altijd maar over gnosis hebben, dat ze het in wezen hebben over wat eigenlijk geloof is - het weten in je hart - alsof dat gnosis is.
Geloof is datgene waarmee het begint als een ontkiemend zaadje in het duister der aarde, maar dat alleen is nog geen gnosis.
Gnosis is, zoals ik het begrijp, een h e l d e r bewustzijn van jezelf als geest, een ontwaken, een wedergeboorte.
We kunnen hierover slechts een vermoeden hebben, en dat is wat ons met "gnosis" doet bezighouden.
groet,
Gjalt |
_________________ la ikraha fi-d-dien
Laatst aangepast door gjalt op 23 Sep 2009 08:22:33; in totaal 1 keer bewerkt |
|
|
|
inanna
Gouden Roos
Geregistreerd op: 09 Jun 2009
Berichten: 767
Woonplaats: sneek
|
Geplaatst:
30 Jun 2009 06:25:28 |
|
Aanraking,
Maar waar praten we dan over?
In de Heilige Taal lezen we over 'aanraking' in diverse passages. In Matthe?s ontmoeten Jezus en een melaatse elkaar, en deze laatste zegt: 'indien Gij wilt kunt Gij mij reinigen'.
En de melaatse werd aangeraakt en genas.
Bij Marcus lezen we dat een vrouw een mogelijkheid zoekt om desnoods alleen maar het kleed van Jezus aan te raken, in de overtuiging dat d?t al genoeg zal zijn om haar te genezen van 'twaalf jaar bloedvloeiingen'. In de massa's mensen die om Jezus heendringen slaagt zij er niettemin in waarop Jezus daarna ineens vraagt: 'wie heeft Mij aangeraakt?'.
Natuurlijk een rare vraag, althans, zo dachten de apostelen er ook over; sta je daar in een drukte van je welste met allemaal krioelende mensen om je heen, iedereen zit aan je te sjorren en te trekken en dan vraag je ineens: 'wie heeft mij aangeraakt?'...
Maar Jezus verklaart zich nader door te zeggen dat er 'een kracht van Hem was uitgegaan'.
De vrouw merkt dat de aandacht op haar gericht wordt en bevend van angst geeft ze het toe. Waarop Jezus haar zegt dat haar geloof haar behouden heeft; genezen en in vrede gaat ze verder.
Je kunt ook aangeraakt worden tijdens het lezen van een boek.
Soms heb je een boek al eens gelezen en lees je die na lange tijd, soms na jaren, nog eens; en d?n wordt je aangeraakt.
Toen je dat boek voor de eerste keer las werd je n?et aangeraakt; je vond het wel interessant of juist niet. Je zette het weg met het voornemen het later nog eens door te nemen. En dan gaan er jaren voorbij en bij het herlezen is het opeens raak...
Daarom kun je 'aanraking', en vooral 'gnostieke aanraking' nooit zoeken!
Want het is volslagen onvindbaar.
Daarom vind de Gnostieke Wijsbegeerte al die oefeningen, disciplines enz. zo overbodig.
Wie in zijn hart de bereidheid opent om de gnostieke aanraking toe te laten gaat geen oefeningen doen, hij richt zich slechts met vreugde op die aanraking 'zoals een bruidegom met vreugde de bruid tegemoet treedt'.
Zoals de bruidegom zich voorbereidt op de bruiloft, zich toebereidt, als een Johannes die zich als een Wegbereider opstelt, zo bereidt de gnostieke leerling zich voor door zijn of haar lichaam, geest, verstand en kracht in dienst te stellen 'van de aanraking die komen gaat'.
De leerling zal voedsel van doodsheid, voedsel wat tot verdoving en voedsel wat tot bederf leidt zoveel mogelijk trachten te vermijden. De mens wier bewustzijn vertroebeld is zal zich zelfs teweer stellen tegen iedere 'dreigende' aanraking. Indien deze mens zich binnen een mysterieschool zoals de geestesschool van de Orde beweegt, ter lering en ter onderzoek, zal deze zo snel mogelijk weer verlaten zodra het intellect of de zinnen al of niet bevredigd zijn; Het 'Juweel in de Lotus', zoals de Boeddha het uitdrukt, is voor die mens immers niet te vatten.
Daarom is de gnostieke leerling te allen tijde waakzaam.
Waakzaamheid als beschouwing.
Niet-oordelend maar waakzaam beschouwend wat is.
Koesterend de Godsvonk die hij met zich draagt.
In liefde delend, in diensbaarheid gevend.
Ten aanzien van het leven der gnostieke leerling zullen we hier een tekst geven van Jacob Boehme uit 1620.
AURORA.
'....Wat spreken zij met elkander? Ziet, gij schone en trotse en hovaardige mens; de wereld zal u hier te nauw worden en ge denkt dan niemand aan u gelijk is; bedenk, of gij een engelennatuur hebt of een natuur des duivels.
Met wie zal ik de engelen vergelijken?
Ik wil hen vergelijken met kleine kinderen, die in Mei, wanneer de schone rozen bloeien, met elkaar naar buiten gaan en de mooie bloemen afplukken en daaruit kransen vlechten.
Zij dragen ze in hunnen handen en verheugen zich erover en spreken met elkander over de velerlei soorten schone bloemen. Zij nemen elkander bij de hand en wanneer zij thuis komen, zo tonen zij de bloemen aan hunne ouders en zijn blij; dan verheugen zich de ouders in hunne kinderen
en met hunne kinderen.
Alzo doen ook de heilige Engelen in de hemel; zij nemen elkander bij de hand en wandelen in de schone Mei des hemels en spreken van de liefelijke en schone gewassen in de hemelse lusthof.
Zij eten van de verrukkelijke vruchten Gods en gebruiken de schone bloemen des hemels voor hun spel en maken zich schone kransen en verheugen zich in de schone Mei van God.
Daar is niets dan een hartelijk liefhebben, een zachtmoedige liefde, een vriendelijk spreken onderling, een liefelijk samenzijn, daar elk vreugde in de ander heeft en de ander eert. Zij weten van geen boosheid, list of bedrog.
De Goddelijke vruchten en de liefelijkheid Gods zijn voor hen allen; de een mag er evenzo zijn deel aan hebben als de andere; daar is geen wangunst, geen nijd, geen afkeer, neen, alle harten zijn in liefde met elkaar verbonden. Daaraan nu heeft de Godheid Zijn hoogste welgevallen, evenals de ouders aan de kinderen, dat Zijne lieve kinderen in de hemel zich vriendelijk gedragen...'.
Jacob Boehme,
Aurora of Morgenrood in Opgang
Blz. 131
(Schors, Amsterdam). |
|
|
|
|
gjalt
Gouden Roos
Geregistreerd op: 20 Jun 2009
Berichten: 307
Woonplaats: Baambrugge
|
Geplaatst:
30 Jun 2009 10:08:45 |
|
Oefeningen overbodig, maar het leven zelf geeft deze oefeningen door de klaarblijkelijke noodzaak tot discipline: ontbering, moeite, discipline , de woestijnreis.
Er is een wonderlijke samenhang tussen gekend worden en zelfkennis.
En is dit niet liefde, het empathisch vermogen om een ander in je te laten zijn?
Zodat het oordelen ongemerkt overgaat in begrijpen, dat wil zeggen dat de foto een film wordt. |
_________________ la ikraha fi-d-dien |
|
|
|
gjalt
Gouden Roos
Geregistreerd op: 20 Jun 2009
Berichten: 307
Woonplaats: Baambrugge
|
Geplaatst:
30 Jul 2009 08:19:25 |
|
Ja, geraakt worden door iets dat je leest in een boek dat je al tijden in je bezit hebt, wat je ooit eens kocht omdat je "wist" dat het van belang zou zijn.
De engelen, we hebben hen nodig en zij hebben ons nodig.
Dit is een diep mysterie, onder andere door Paulus verwoord.
Het tijdperk van de grote openbaringsreligies is voorbij.
Mohammed werd het zegel van de profetie genoemd.
Georganiseerde religie is niet meer van deze tijd.
Het patroon veranderde al van het heilige vs voorhof / monniken vs leken, via gezamenlijkheid op basis van volkomen gelijkwaardigheid (kerk, moskee), naar geweten belangrijker dan collectief gezag, uitgestoten, geëxcommuniceerd worden...
Als eenlingen, als kluizenaars gaan wij door het leven.
Juist dan kun je zomaar ineens worden aangeraakt, omdat namelijk allerlei banden reeds verbroken zijn.
Aanraking schept een nieuwe band...
Gjalt
P.S.: de verzoeking van onze tijd is anoniem als massamens door het leven gaan en zich laten beïnvloeden door de machinaties van macht(=geld) en de vele zich als grensverleggend, bevrijdend vermommende verslavingen.
Het solipsisme als nihilistische leefwijze die eigenlijk meer een softe manier van doodgaan is.
Hé, Thanatos? |
_________________ la ikraha fi-d-dien |
|
|
|
inanna
Gouden Roos
Geregistreerd op: 09 Jun 2009
Berichten: 767
Woonplaats: sneek
|
Geplaatst:
3 Aug 2009 14:08:15 |
|
Schuld en verantwoordelijkheid.
Iemand 'de schuld' ergens van geven is een van de gemakkelijkste dingen die wij kunnen doen.
Als je iemand ergens 'de schuld' geeft ben je van iets af.
Het is alsof je jezelf ontlast, alsof je jezelf wat lichter maakt, schuldelozer, dus onschuldiger.
Als gnostieke leerlingen hebben wij mogen leren en lezen dat het 'schuld toeschuiven' naar iemand eigenlijk niet zo'n goede bezigheid is. En wij namen ons voor dat goed in de gaten te houden.
Maar hoe verraderlijk is ons ikbewustzijn!
Dagelijks betrappen wij onszelf erop dat we tóch iemand of iets ergens 'de schuld' van geven.
Soms is het niet een persoon die wij al of niet kennen, maar van omstandigheden.
Het is de schuld van het weer!
Het is de schuld van het drukke verkeer! Van de file! Van de overheid!
Het hele schuldverhaal begon al in de Genesis. 'Het is de schuld van de vrouw!'
'Nee, het is de schuld van de slang!
De demiourg Jehova besloot ze allemaal maar in de ban te doen, man, vrouw en slang.
Hij gaf meteen iedereen maar de schuld, was -ie er zelf ook vanaf. Wat denken ze wel??
En zo hebben wij het nooit meer afgeleerd. We beschuldigen de ander en verontschuldigen onszelf.
De godsdiensten intensiveren dit proces in hoge mate. De onwetende zijden van de Christelijke kerken vinden hel en aflaat uit, van de Islam een keiharde Allah, bij de Joden hun genadeloze Jehova en bij de Hindoes hun blinde karma.
Wat wil de Gnostieke Wijsbegeerte daar dan van zeggen?
Bestaat er een schuldeloos bewustzijn? Zou je kunnen zeggen dat zelfs het grootste kwaad geen schuldige kent? Vragen die je eigenlijk niet mag stellen.
Want ons ikbewustzijn ervaart die vragen als onbetamelijk. Ja, een schuldeloos bewustzijn is misschien het bewustzijn van een pasgeborene, maar het kwaad? Daar is toch altijd een schuldige voor aan te wijzen? Het ikbewustzijn heeft daar ook wel gelijk in. Maar wij vroegen niet wat ons ikbewustzijn van dit alles vond maar wat de Gnostieke Wijsbegeerte daarvan zou zeggen.
In het dialectisch levensveld waarin wij leven, dus in een wereld waarin het streven en de strijd de heersers zijn, waarin elk aspect haar tegendeel kent, waarin elk aspect haar tegendeel ook IN zich draagt, daarin is 'kwaad met kwaad vergelden' een natuurwetmatigheid.
Al onze samenlevingen zijn daarop gebaseerd.
Binnen primitieve culturen 'regelt' men dat met eerwraak, binnen geciviliseerde culturen met een systeem.
Maar het wezenlijke blijft bestaan: vergelding, want er is schuld.
De Gnostieke Wijsbegeerte poogt het ikbewustzijn af te pellen naar een bewustzijn, waarin het begrip 'schuld' niet meer bestaat.
Hoe kan dat? Waar komt het kwaad dan vandaan? Dat komt uit de natuurwetmatige reacties. Zolang wij nog rondlopen met het idee dat de 'de natuur' schoon en goed is, houden we onszelf blind; 'de natuur' kan zeker schitterende en indrukwekkende aangezichten geven, maar haar kracht is mooi noch lelijk, goed noch kwaad, rechtvaardig noch onrechtvaardig. De natuur wordt voortgedreven door slechts één kracht: de drift. Deze manifesteert zich als een Licht-engel of als een Satan, maar het zijn slechts twee aanzichten van hetzelfde.
De ene mens heeft een zoetgevooisde stem nodig en de andere mens een forse duw, maar het zijn allebei impulsen uit de natuur die in haar zelfhandhavingsdrift jou alles biedt wat je maar wilt. Als je haar maar gehoorzaamt!
En uit die driftkrachten ontstaat de emotie, de persoonlijke drift, het ikcentrale. En van daaruit het kwaad, de schade, de roof. Maar kun je je daaruit dan niet onttrekken? Niet iedereen loopt toch stelend en dodend rond?
O nee?...
De geciviliseerde mens láát dat voor zich doen!
Hij doodt geen dier, hij láát het dier doden opdat hij toch aan zijn behoefte kan voldoen om het vlees te nuttigen.
Hij wil zijn bewustzijn en zijn eigen lichaam, zijn 'Tempel Gods' verdoven en drogeren maar doet dat alleen met middelen die de samenleving hem toestaat., want hij is geciviliseerd...En zo steelt hij zijn hogere vermogens om dit in het vuur der begeerte te gooien.
Daarom maant de leraar, de Christus, de mens om zich tot het zoeken te zetten. Het vinden leidt tot verbijstering en verwondering (Thomas Ev. Logion 2) en 'opgaan en heersen over het Al'.
Daarom zendt de mens zijn gebeden tot de Allerhoogste, en vraagt: 'Heer, vergeef onze schulden zoals wij onze schuldenaren vergeven!'.
Zolang wij dus niet tot vergeving komen zo zal onze schuld ons niet vergeven worden. Dat wil zeggen: zolang wij ons vastbijten in dit dialectisch levensveld vol met voetangels en klemmen, zolang zullen wij niet tot de verlossing komen.
Het elkaar vergeven kan alleen voortkomen uit een bewustzijn die gevonden heeft.
Het bewustzijn die gevonden heeft is vanaf het moment van vinden schuldeloos.
Geen karma, geen schuldverrekening kan die mens nog treffen.
Het lijden van die mens is niet zíjn lijden, maar het laatste lijden van zijn ikbewustzijn.
Iets anders is in die mens geboren die toeschouwt, die inziet en begrijpt. En daarom geen schuld geeft, aan niemand.
Die in alle hem aangedane pijn alleen nog maar kan zeggen: Vader, vergeef het hun want zij weten niet wat zij doen.
Het vragen van díe vergeving is het opgaan in alle schuldeloosheid.
En de verantwoordelijkheid dan?
Iedere samenleving is het aan zichzelf verplicht, om aan alle deelnemers aan wie het recht geschonken is mee te beslissen over die samenleving, verantwoordelijk te stellen voor zijn daden.
Verantwoordelijk wil zeggen: antwoord kunnen geven op de vraag naar het hoe en waarom van jouw handeling.
In de 20e en 21e eeuw woei er een nieuwe psychologie door het massabewustzijn van de mens, de 'new age', de Nieuwe Tijd. Haar grootste missie was en is nog steeds ons te verlossen van onze verantwoordelijkheid voor elkaar. Het ikbewustzijn kreeg een nieuwe glans. Het ego werd opnieuw op zijn troon gezet. Hoe wordt ik rijk? was de nieuwe affirmatie. Hoe kan ik mij ontdoen van míjn schuld? was de nieuwe vraag. Hoe kan ik verlicht worden? was het nieuwe streven.
Opnieuw wijst de Gnostieke Wijsbegeerte naar het onderscheid dat gemaakt moet worden indien wij over 'verantwoordelijkheid' praten. Je draagt je verantwoordelijkheid naar een samenleving én naar de Godsvonk die je met je draagt. Gooi die niet door elkaar! Opnieuw onderwijst daarin de leraar Christi ons 'de keizer te geven wat van de keizer is en God te geven wat des Godes is'!
In de antieke Gnosis van India werd dit belangrijke onderscheidingsvermogen ook wel de 'viveka' genoemd. Weet wát geest is en wát stof is!'. Wees waakzaam dat je deze begrippen niet door elkaar gooit; het is mode om dat te doen om een wereldlijke verantwoordelijkheid te ontlopen. Men is daar in geestelijke zin niet schuldig aan want er is geen kennis, geen weten.
Maar de Gnostieke leerling zoekt niet te oordelen of te beschuldigen en volvoert slechts zijn wereldse verantwoordelijkheid zoals het hem betaamt en schenkt zijn grootste energie en aandacht aan de Godsvonk. Daarmee ziet hij ook de Godsvonk in de ander, hoewel de ander dat niet altijd bij zichzelf ziet of zoekt of voelt.
Sommige leerlingen vragen ons wat ze 'moeten doen' met al die 'negatieve energie' die hen omringt en die van anderen afkomstig is. Wij zeggen opnieuw: het is jouw negatieve reactie op hen die jou die negativiteit doet ervaren.
De ander volgt wellicht instinctmatig zijn natuur en jou irriteert dat.
Als je hem niet kunt vermijden probeer hem dan te begrijpen. Hij is misschien een gevangene in zijn karmisch web en kan niet anders. De Gnosis maakt jou vrij en jij ziet een gevangene. Jouw aanwijzingen om tot vrijheid te geraken zullen niet gevolgd worden. Jezelf ergeren is het je open stellen voor zijn negatieve vibraties waar hij zelf niet voor kiest.
Daarom zal de gnostieke leerling zijn resonantie liever openstellen voor de krachtvelden der Gnosis, welke zuivert en doet groeien in de geest.
En ook wederom: niet een methode voert hiertoe, maar de Liefde die zichzelf niet zoekt en alleen maar geeft.
Wie oren heeft, die hore.
De gnostieke Leerling gaat voort...
Als je de gnostieke Weg bewandelt, hoe doe je dat dan? Je leest gnostieke boeken of je leest boeken met een gnostiek oog.
Je weet dat je 'op weg' bent, maar vaak doet je verstand je twijfelen.
Je praat erover, maar gebeurt er ook iets?
Daarom hier een antwoord op onze gnostieke levensvragen door een gnostieke ingewijde van weer lang geleden, die tot ons het woord richt:
-Ga dan verder! Jij die het hoogste van van alle menselijke doeleinden nastreeft!
Nu moet je proberen die woorden in jezelf met heel je wezen te voelen!
Nu moeten die woorden in jezelf levend worden.
Niet alleen je ziel moet van de 'geest' der woorden doordrongen zijn, maar je aardse lichaam moet nu in elke vezel die woorden leren voelen.
De woorden moeten met jou, met je ziel en je lichaam, tot één Zijn worden samengesmolten. Je aardse lichaam moet tot lichaam van de gekozen woorden worden, alsof niets ánders in dat lichaam levend ware.
De krachten van je ziel, die in je wil al sterk zijn vereend, moeten nu ook met de woorden die je hebt gekozen, één worden, en jij moet je als het bewustzijn van die woorden gevoelen.
Dan heb je iets groots veroverd op je Weg!
Je zult voor het eerst nu ervaren wat het 'Leven' is dat jou beweegt.
Het zal zijn alsof je op een nieuwe aarde bent, in een nieuwe wereld die je nooit vermoed had. Je zult inzien, dat alles wat de mensen op aarde 'waken' noemen, niets anders is diepe slaap en verwarde droom. -
bron:Nieuwsbrief 'Fama Fraternitatis' |
|
|
|
|
gjalt
Gouden Roos
Geregistreerd op: 20 Jun 2009
Berichten: 307
Woonplaats: Baambrugge
|
Geplaatst:
4 Aug 2009 08:50:55 |
|
Daar is tie weer: de demiurg! |
_________________ la ikraha fi-d-dien |
|
|
|
inanna
Gouden Roos
Geregistreerd op: 09 Jun 2009
Berichten: 767
Woonplaats: sneek
|
Geplaatst:
4 Aug 2009 09:56:07 |
|
gjalt schreef: |
Daar is tie weer: de demiurg! |
Jammer dat je alleen dat eruit haalt, Gjalt.
Er staat zoveel meer in wat van belang zou kunnen zijn.
groetjes inanna |
|
|
|
|
inanna
Gouden Roos
Geregistreerd op: 09 Jun 2009
Berichten: 767
Woonplaats: sneek
|
Geplaatst:
4 Aug 2009 12:45:46 |
|
Draadjes, soms moeilijk uit te leggen als een ander ze nog niet kan zien.
Schuld:
Eva kreeg de schuld, nu nog, maar schuld bestaat niet.
Even een klein verhaaltje:
Het gaat over Eva.
Bij de boom aangekomen, deed ze wat ze altijd deed, ze zette haar handen tegen de stam en legde haar hoofd tussen de handen. Ze vertelde de boom over nakomelingen die hij ver weg in een andere wereld had voortgebracht en bedankte hem daarvoor. Toen ze opkeek, keek ze recht in het gezicht van een man die aan de andere kant van de boom stond en zijn ogen strak op haar gericht hield. Ze voelde geen angst.
Wie bent u? vroeg ze.
Mijn naam is Gabriël, zei hij en lachte haar toe.
Ze hoorde hoe de wind door de enorme bladerenkroon van de boom trok.
Ik zoek vrede, zei ze.
Hij knikte en vroeg: ben jij degene die is weggegaan, van de vrucht heeft gegeten en ervoor gezorgd heeft dat de boom zich vermeerderd heeft?
Ja, antwoorde ze. Iemand moest het doen.
Hij keek naar de roerloze bomen in het oosten en glimlachte weer. Waarschijnlijk heb je gelijk.
Er klonk troost in zijn stem, genegenheid,en misschien nog iets anders. Medelijden?
Heb je antwoord gekregen op je vragen? Hij wees naar de bosrand.
Nee,jawel, in zoverre dat ik nu weet dat er geen weg terug is.
(ze was zelf verbaasd over haar woorden, want ze had niet geweten-niet willen weten?-dat ze de mogelijkheid om terug te keren naar het land van haar jeugd überhaupt had overwogen)
Waarom ben je destijds weggegaan? vroeg hij.
vanwege mijn kindje,dat gestorven was. We zouden de dood ontvluchten",ze struikelde nu over haar woorden.
Gabriël knikte nadenkend, een beetje verbaasd.
Maar iemand die niet weet dat de dood bestaat, sterft immers niet", zei hij.
Alleen de dingen waarvan men zich bewust is, gebeuren echt.
Dat wordt me te ingewikkeld', antwoorde de vrouw, maar gevoelsmatig begreep ze wel wat hij bedoelde.
Maar mijn kind is toch gestorven! Wilde ze uitschreeuwen.
Nee, zei hij, dat kind wist niets over de dood en kon dus niet sterven.'
Hij kan mijn gedachten lezen!'Dus als je weet dat de dood bestaat, dan moet je sterven? Kun je daar niet aan ontkomen?
Je bent bijzonder praktisch ingesteld', antwoorde hij en hij glimlachte weer.'Je hebt zoveel muren tegen je angst opgetrokken.'
Ja, zei ze. 'Maar toch bleef hij steeds weer naar binnen glippen, en uiteindelijk heeft hij toegeslagen, zoals ik altijd al geweten had. Als muren geen bescherming bieden, waar kun je dan nog hulp vinden?
In de wetenschap dat je onkwetsbaar bent', zei hij
(wat hij daar zei was onzin, vond ze, absoluut onbegrijpelijk, maar toch bespeurde ze diep in zichzelf en ver weg van haar rationele denken het inzicht dat hij gelijk had, dat ze zijn woorden herkende)
De waarheid kun je niet leren', zei hij. 'Die kun je alleen herkennen.'
Allebei zwegen ze nu. Ondanks het witte licht, of misschien juist wel dankzij dat licht, was haar hoofd helder, helderder dan ooit.
Dus muren zijn niet nodig? vroeg ze.
Nee, zei hij, leef in vertrouwen, pas dan is liefde mogelijk'
(vaag meende ze hier een verband te zien. Als ze van de jongen met de vreemde ogen had kunnen houden, de jongen die zijn broer had doodgeslagen....)
'Op een dag waarop je inziet dat hij geen schuld heeft, zul je vrede vinden', zei de man die voor haar stond.
Geen schuld? Wiens schuld was het dan? De mijne.
Nee, zei hij, 'Gods kinderen hebben geen schuld, maar voor jullie zover zijn dat jullie dat begrijpen, zullen jullie elkaar veel leed hebben aangedaan.'
Het was nu zo licht dat ze de man nog maar moeilijk kon zien. Misschien kwam dat niet alleen door het licht, maar ook door haar tranen.
'Zijn er nog meer dingen waar je een antwoord op wilt heben?'vroeg hij, en zijn stem klonk vol...ja, vol medeleven, meer dan ze kon verdragen.
Ja, wij met al onze gedachten en woorden, hoe wij geworden zijn en hoe onze wereld geworden is....' ze wees naar het land aan de overkant van de rivier, waar dient het toe, onze kennis, onze moeizame arbeid, al onze plannen?
Ze struikelde weer bijna over haar woorden. Gabriël keek verbaasd.
Jullie hebben die wereld immers zelf geschapen. Daar moeten jullie zelf achter zien te komen'.
Ondanks haar teleurstelling- ze had geen antwoord gekregen-had de vrouw het gevoel een opdracht te hebben gekregen.
Ze zag hoe Gabriël zijn hand ophief als een teken van afscheid. Ze maakte een diepe, eerbiedige buiging om hem te bedanken en begon daarna in de richting van de rivier te lopen, zonder nog eenmaal om te keren.
Ze liep als iemand die veel heeft om over na te denken, een heleboel woorden die ze allemaal wilde onthouden.
Uit:Het boek Eva van Marianne Frediksson.
isbn 90-5226-654-9
veel draadjes om te laten bezinken
groet Inanna |
|
|
|
|
gjalt
Gouden Roos
Geregistreerd op: 20 Jun 2009
Berichten: 307
Woonplaats: Baambrugge
|
Geplaatst:
5 Aug 2009 08:00:18 |
|
inanna schreef: |
gjalt schreef: |
Daar is tie weer: de demiurg! |
Jammer dat je alleen dat eruit haalt, Gjalt.
Er staat zoveel meer in wat van belang zou kunnen zijn.
groetjes inanna |
Hoi Innana,
Tsja.
Ik zeg niets over de overige inhoud, echter ik wil graag het begrip "demiurg" nader beschouwen, als aanvulling.
Eigenlijk ook om eventuele interpretaties in de trant van "mindere" goden te pareren.
Want dat is helemaal niet relevant en al helemaal niet als het gaat om de waardering van ons fysieke bestaan, dat onontbeerlijk is voor het bestaan van vrijheid voor ons mensen.
Want alles heeft in Gods schepping zijn of haar plaats.
Wij zijn allen medescheppers.
Dat wat wij denken heeft onmiddellijk invloed!
Als dit als geldt voor ons mensen, dan zeker voor de wezens die boven ons staan, die verder zijn in hun ontwikkeling en verweven zijn met die van ons!
Engelen, aartsengelen, tijdgeesten, krachten, machten, enzovoort...
Jahweh is een van de Elohim.
De volheid van de Elohim (Pleroma) was werkzaam in Christus Jezus.
En God zag dat het goed was.
Wat ik verder nog wil zeggen over dat hele idee van schuld, het is maar de vraag of de gnostieke bedenkingen hiermomtrent wel hout snijden, want het Joodse denken is toch wel heel anders dan dat denken dat onder invloed van de Romeinse cultuur later is gevormd.
En over het Jodendom en de Islam worden derhalve nogal lelijke dingen geschreven, en eerlijk gezegd kan ik me hierin nauwelijks tot geheel niet vinden.
Gjalt |
_________________ la ikraha fi-d-dien |
|
|
|
gjalt
Gouden Roos
Geregistreerd op: 20 Jun 2009
Berichten: 307
Woonplaats: Baambrugge
|
Geplaatst:
6 Aug 2009 10:47:06 |
|
En ik word echt ziek van het soort teksten die je o.a. ook aantreft in dit soort sites: http://www.dezelfdegod.nl/
Ook van `gnostieke` zijde dus `:
Het hele schuldverhaal begon al in de Genesis. 'Het is de schuld van de vrouw!'
'Nee, het is de schuld van de slang!
De demiourg Jehova besloot ze allemaal maar in de ban te doen, man, vrouw en slang.
Hij gaf meteen iedereen maar de schuld, was -ie er zelf ook vanaf. Wat denken ze wel??
En zo hebben wij het nooit meer afgeleerd. We beschuldigen de ander en verontschuldigen onszelf.
De godsdiensten intensiveren dit proces in hoge mate. De onwetende zijden van de Christelijke kerken vinden hel en aflaat uit, van de Islam een keiharde Allah, bij de Joden hun genadeloze Jehova en bij de Hindoes hun blinde karma.
Het karma is niet blind, wij zijn het!
In het karma komt de waarheid tot uitdrukking.
Het karma, het lot brengt ons in wezen in contact met Christus: wat gij aan een ander doet, doet gij aan Mij, wat gij niet wilt dat u geschiedt doet dat ook een ander niet, enz.
De bewustwording van onze verantwoordelijkheid in het geheel begint inderdaad met projectie, het eerste stadium immers van ieder bewustwordingsproces.
De aanvankelijke blindheid waarmee wij zelf behept zijn moet geleidelijk wijken voor de schemering van het groeiende inzicht, maar NIET door het christendom, het jodendom, de islam, het hindoeïsme de schuld te gaan geven voor vermeende verkeerde inzichten.
Ik beschouw dit echt als een vorm van spiritueel populisme, zoals je dat heden ten dage ook weer in de politiek aantreft.
We hebben meer behoefte aan bruggenbouwers.
Over de achtergrond van Fama Fraternitatis het navolgende:
Christian Rosenkreutz en het begin van de orde
Volgens de overlevering werd de orde van de Rozenkruisers in 1407 opgericht door de Duitser Christian Rosenkreutz (1378-1484), die in het heilige land gestudeerd had onder verscheidene occulte meesters.
Gedurende zijn leven zou de orde uit niet meer dan acht leden hebben bestaan.
Het genootschap zou in het bezit zijn van een enorme schat en geheime kennis.
Het gezelschap zou ook het menselijk welvaren door de opbouw van een door hen gestuurd regime in Europa trachten zeker te stellen, vooraleer de wereld uiteindelijk zou vergaan.
Toen Rosenkreutz in 1484 overleed, stierf ook de orde uit en deze leefde -als dusdanig- pas in het begin van de 17e eeuw weer op.
Deze overlevering wordt in verschillende mate door moderne Rozenkruisers geloofd: sommigen accepteren het als de letterlijke waarheid, anderen zien het als een parabel en weer anderen menen dat Rosenkreutz een pseudoniem is voor een of andere moderne historische persoon (in dit kader wordt vaak de naam genoemd van Francis Bacon (1561-1626, Engels filosoof, essayist en staatsman).
In de tijd tussen Rosenkreutz' dood en de opleving van de orde in de 17e eeuw bestond de Rozenkruisers uit een aantal geïsoleerde personen die een gemeenschappelijk gedachtegoed deelden.
Deze leden leefden incognito en namen de gewoonten en de kleding over van de omgeving waarin ze woonden.
Belangrijke taak was het vinden van een opvolger zodat op deze manier de kennis veilig werd gesteld.
Uit hun vele geschriften blijkt dat de auteurs van wie men aanneemt dat zij Rozenkruisers waren, morele en religieuze hervormingen nastreefden en alchemistische en andere natuurwetenschappelijke termen gebruikten om hun eigen inzichten te verkondigen.
Hun geschriften bevatten sporen van mystiek en occultisme die de lezer tot nader onderzoek aansporen, en suggereren verborgen betekenissen die alleen door ingewijden begrepen kunnen worden.
In de zeventiende eeuw werd de beweging gezien als een mogelijke bedreiging voor de gevestigde orde.
Geprobeerd werd leden te ontmaskeren en te vervolgen.
Een Nederlands voorbeeld hiervan is de rechtszaak van de schilder Johannes Symonszoon van der Beeck (Torrentius) in 1627.
Johann Valentin Andreae en de opbloei van de beweging
Er staan drie in druk uitgegeven teksten aan het begin van de Rozenkruisersmythe: de "Fama Fraternitatis", de "Confessio" en de "Chymische Bruiloft".
Het zijn de eerste historische documenten die van het bestaan van een geheim genootschap getuigen.
1614: Fama Fraternitatis (anoniem)
Dit boek is een korte levensschets van ene C. Rozencreutz die probeert zijn kennis, die hij in het Nabije Oosten en in Afrika heeft opgedaan, in Europa aan de man te brengen.
Hij faalt echter door de onverschilligheid van de Europese geleerden.
Hij sticht daarop een geheim genootschap.
Het eerste deel, de Reformatie, is een satirische fabel, die de Algemene Hervorming-gedachte van de kring rond Andreae tot onderwerp heeft.
Dit geschrift is voor een groot deel geïnspireerd (sommigen zeggen: overgenomen) van het in 1612 verschenen "Ragguagli di Parnaso" van Traiano Boccalini.
1615: Confessio Fraternitatis (anoniem)
Latijnse titel: Confessio Fraternitatis R.C. Ad Eruditos Europae
Duitse titel: Confession oder Bekandnuß der Societet und Brüderschaft R. C. An die Gelehrten Europae
In dit geschrift dat eerst in het Latijn en kort daarop ook in het Duits verschenen is, wordt de eerste oproep aan de Europese geleerden om met de schrijver contact te leggen herhaald.
Aan de ene kant heeft de Confessio een sterk protestantse inslag.
De paus wordt aangevallen en het bijbellezen wordt als voorwaarde voor de toegang tot het genootschap gesteld.
Voor het eerst vernemen we ook de geboorte- en overlijdensdatum van de stichter, nl 1378 - 1484.
Aan de andere kant is het satirische karakter moeilijk te ontkennen. Driekwart van het geschrift staat bol van de verwijzingen naar de geheime kennis van het genootschap, maar tegen het einde wordt er gewaarschuwd voor de meeste boeken van valse Alchemisten, die het als een grap en een tijdverdrijf houden om [...] met wonderlijke figuren en duistere en cryptische taal mensen te bedriegen en de simpele ziel van zijn geld te beroven.
Kort daarop wordt gesteld: Mijdt en ontvlucht dit soort boeken en wendt U tot ons, die niet op uw geld uit zijn, maar onze grote schatten uit een goed hart aanbieden.
De Fama en de Confessio brachten in Europa heel wat op gang.
Tussen 1614 en 1625 verschenen er niet minder dan 400 uitgaven op dit thema.
De schrijvers wilden ofwel met het genootschap in contact komen, ofwel kritiek of bewondering uiten ofwel vaststellen dat in hun mening het genootschap helemaal niet bestond.
1616: Chymische bruiloft (Johann Valentin Andreae)
Duitse titel: Chymische Hochzeit Christiani Rosencreutz anno 1459
De schrijver van de Chymische Bruiloft is naar alle waarschijnlijkheid de protestantse theoloog Johann Valentin Andreae (1586-1654).
Van de andere twee werken is de auteur niet bekend, maar zij stammen waarschijnlijk ook uit de kring rond Andreae.
In deze kring werd de gedachte aan een wereldwijde Algehele Hervorming ontwikkeld, die een vernieuwing van de inmiddels –na een eeuw– verstarde Reformatie nastreefde; als zodanig was ze een voorloper van het Piëtisme.
Filosofie
De drie zeventiende eeuwse geschriften geven geen duidelijke rozenkruisersfilosofie te kennen.
De Fama Fraternitatis lijkt met name een historische verdichting te zijn. Voor zover daarin sprake is van een aanduiding van een filosofie is dat in de vorm van een blijk van waardering voor het werk van Paracelsus en een deel van de alchemie.
De Confessio Fraternitatis geeft net als de Fama Fraternitatis een protestants Christelijke invalshoek te zien, al ontbreekt het ook in dit geschrift aan een uitgewerkte leer.
De Alchemische Bruiloft is een duidelijk symbolische vertelling, waarbij de uitleg achterwege blijft.
Het gebrek aan een concrete filosofie in de eerste geschriften heeft het ontstaan van een grote verscheidenheid aan Rozenkruisersgroeperingen in de hand gewerkt.
Ieder van deze groepen heeft een eigen, hoewel soms verwante, filosofie.
Terugkerende elementen in de diverse filosofieën zijn gnosticisme,esoterie en magie.
Voor al deze elementen zijn argumenten te vinden in de oorspronkelijke geschriften zonder dat ze daar tot een uniforme filosofie aanleiding geven.
De moderne Rozenkruisersbewegingen onderscheiden zich op filosofisch vlak met name van elkaar in de nadruk die ze op de onderlinge verhouding van de drie invalshoeken geven.
Gjalt |
_________________ la ikraha fi-d-dien |
|
|
|
|
Geplaatst:
6 Aug 2009 10:47:06 |
|
|
|
|
|
|
Volgende onderwerp
Vorige onderwerp
Je mag geen nieuwe onderwerpen plaatsen in dit subforum Je mag geen reacties plaatsen in dit subforum Je mag je berichten niet bewerken in dit subforum Je mag je berichten niet verwijderen in dit subforum Je mag niet stemmen in polls in dit subforum
|
|
|
|